Postrijtuigen plan C
Serie | P7911-7920 |
Lengte | 22.650 mm |
Gewicht | 43 ton |
Aantal zitplaatsen | - |
Fabrikant | Allan |
Bouwjaar | 1952 |
In 1949 besloot de NS het door de Tweede Wereldoorlog toch wel ernstig uitgedunde materieelpark aan te vullen met 70 D-trein rijtuigen. Dit plan
resulteerde in een bestelling van de rijtuigen plan D. Aansluitend op deze bestelling werd een bestelling geplaatst van
tien postrijtuigen (plan C).
De rijtuigen komen in uiterlijke vorm en constructie van bakgeraamte en onderstel overeen met de vooroorlogse rijtuigen type
bolkop. Wel hebben de rijtuigen een groot aantal verbeteringen en nieuwigheden. Het meest in het oog springende was
de turkooizen kleur waarin zij werden afgeleverd. Noviteiten waren verder de TL-verlichting, elekrisch verlichte sluitseinen, treeplankverlichting bij
geopende deuren en verlichte koersborden achter de kopruiten.

Het turkooise postrijtuig P7913 wordt gewassen. Amsterdam CS, mei 1952.
Foto: W.A.C. Wendelaar, verzameling M. Haman
P7911-7920
De postrijtuigen kwamen in 1952 in dienst. De rijtuigbak wordt voornamelijk in beslag genomen door de sorteer- en postzakkenafdeling.
In de ene helft van de sorteerafdeling zijn tegen de bovenhelft van de zij- en dwarswanden een groot aantal loketkasten aangebracht. Om de ruiten
achter de loketkasten te kunnen schoonmaken zijn enkele van deze loketkasten draaibaar gemaakt. De andere helft van de sorteerafdeling wordt aan één
zijde ingenomen door een storttafel met daarachter een kachel. Twee bundelkasten met daaronder 3 neerklapbare postzakrekken zijn tegen de andere
zijwand geplaatst.
De postafdeling is, om snel te kunnen laden en lossen, aan beide zijwanden voorzien van 4 dubbele schuifdeuren. In deze afdeling zijn schappen
aangebracht voor het opbergen van losse pakketten. Onder deze schappen kunnen lege postzakken worden gestapeld.
Tussen de sorteerafdeling en de kopwand is aan de ene zijwand een garderobe en tegen de andere zijwand een toilet aangebracht. Hiertussen ligt een
korte middendoorloop.
De voor postrijtuigen karakteristieke lichtkap is bij deze rijtuigen vervallen. In de plaats daarvan zijn in de sorteerafdeling 4 vaste dakramen
aangebracht. Deze ramen kunnen bij felle zon met gordijnen worden gesloten.
De beide kopwanden van de rijtuigen zijn van een dubbele deur met een tochtdeur voorzien.

In het kader van de verbouwing van het Spoorwegmuseum werd onder andere postrijtuig P7920 naar Arnhem getransporteerd in afwachting van verder
transport naar Amersfoort. Het rijtuig was na de festiviteiten van NS 150 opgeborgen in de loods te Blerick. Het rijtuig was daardoor lange tijd voor
het grote publiek onzichtbaar. Arnhem Berg, 4 september 2003.
Wijzigingen
De rijtuigen plan C hebben geen noemenswaardige verbouwingen gekend. De belangrijkste is de verbouwing van rijtuig P7918 tot meetrijtuig voor het
Centrum voor Technisch Onderzoek (CTO). Het rijtuig kreeg daarbij een pantograaf op het dak. Deze verbouwing vond na de buitendienststelling in 1980
plaats.

De tot CTO-rijtuig verbouwde P7918 is, in gezelschap van twee lokomotieven serie 2200/2300, onderweg richting Utrecht. Houten, 22 mei 1986.
Vernummering
Evenals de verbouwingen is de vernummeringen geen schokkend verhaal. De rijtuigen kwamen in dienst met de nummers P7911-7920. Bij de invoering van de
computernummering in 1969 werd dit gewijzigd in 50 84 00-37 011-2 t/m 020-3.
Bij de verbouwing tot meetrijtuig kreeg rijtuig 50 84 00-37 018-7 het nummer 30 84 978 1 005-8. Later werd dit nog gewijzigd in 60 84 978 1 005-1 toen
het rijtuig het RIC-teken kreeg.
Ook rijtuig 50 84 00-37 015-3 (ex-P7915) werd vernummerd, en wel in 30 84 984 0 810-0. Uit het nummer is af te leiden dat het om een terreinwagen van
de afdeling Commerciële zaken zou gaan. Verdere informatie is mij onbekent, evenals het precieze gebruikt en de locatie van dit rijtuig.
Levensloop
Als laatste rijtuigen kwamen zij in de turkooise kleur in dienst. De rijtuigen werden behalve in het binnenlands verkeer ook ingezet in treinen naar
België en Duitsland.
Zo liep midden jaren '50 een postrijtuig mee trein 171/172 Hoek van Holland - Altona, maar alleen op het traject Utrecht - Osnabrück. In het begin
reden de rijtuig ook mee in binnenlandse reizigerstreinen, maar in het midden van de jaren vijftig werd het bezwaar van postvervoer met
reizigerstreinen steeds groter. Vooral het streven van de NS naar korte stationnementen liet niet genoeg tijd over voor het laden en lossen. De
rijtuigen gingen dan ook steeds meer in aparte treinen dienst doen, onder andere in combinatie met de motorposten materieel '24 ('Blokkendozen') en
de motorposten (mP's).
In juni 1976 gingen de P7912, 7913, 7915, 7916 en 7919 buiten dienst.
Bij de verbouwing van het station Heerlen in 1977 heeft de P7916 tijdelijk aldaar als wachtkamer dienst gedaan.
In 1979 werden de resterende rijtuigen afgevoerd. Rijtuig P7920 overleefde de sloop en is nu eigendom van het Nederlands Spoorwegmuseum. Tijdens de
festiviteiten van NS 150 in 1989 was het in Utrecht te zien.
Rijtuig P7918 werd in 1980 verbouwd tot meetrijtuig voor het CTO. In 2000 werd het rijtuig verkocht aan Eurailscout.

Het voormalige postrijtuig P7918 is momenteel eigendom van Eurailscout en doet dienst als Universeel Meetrijtuig. Op de foto staat het rijtuig
samen met meetrijtuig "Jules" aan de kant tijdens metingen op het traject Amersfoort-Hilversum in april 2003.
Foto: Eurailscout

Op de materieeltentoonstelling van NS 150 was postrijtuig P7920 een van de geëxposeerde rijtuigen.
Utrecht CS, 22 juni 1989.
Resterende rijtuigen
Van dit type rijtuig bestaan nog twee exemplaren. Rijtuig P7918 is als meetrijtuig in dienst bij Eurailscout. Het
tweede rijtuig, de P7920, is eigendom van het Nederlands Spoorwegmuseum in Utrecht.
Hoe lang de P7918 nog lang als meetrijtuig in dienst blijft is in 2003 nog de vraag. Eurailcout kon melden dat het rijtuig begin 2003 een
onderhoudsbeurt heeft gehad in Tiburg. Het meetsysteem voor het meten van de bovenleiding moet echter vernieuwd worden. Het is dan nog niet duidelijk
of het nieuwe meetsysteem op dit rijtuig geplaatst wordt of op een ander. Dat laatste heeft, voor wat betreft de exploitatiekosten, de voorkeur.
Daardoor is de toekomst van het rijtuig onzeker, zeker als er geen andere toepassingen voor het meetrijtuig worden gevonden. De nieuwe meetsystemen
worden in het algemeen aangebracht op rijtuigen met eigen tractie. Dat verhoogt de inzetbaarheid en vermindert de exploitatiekosten aanzienlijk.
Blijkbaar wordt een oplosing voor het vervangen van het meetsysteem gevonden, want het rijtuig wordt nog enkele jaren gebruikt.
Rond 2008 wordt een nieuw meetsysteem voor de bovenleiding ingebouwd in meettrein UFM120 van Eurailscout. Daarmee is de UMR overbodig geworden. Het
rijtuig staat sinds midden 2009 op het terrein van de Stichting Historisch Dieselmaterieel in Amersfoort. Aanvankelijk was de verwachting dat het
rijtuig in 2012 of 2013 gesloopt zou worden, maar in januari 2014 is het rijtuig overgedragen aan de SHD die het rijtuig als meetrijtuig zal gaan
inzetten via de Stichting Holland Spoor.
Verder naar nummering en vernummering postrijtuigen Plan C.
Bronvermelding:
voor een overzicht van gebruikte bronnen zie de pagina boeken en artikelen
Naar boven ...
|